Zelfzorg-bespiegelingen vanuit de Rode Kamer

 

 

Ik ben weer geveld door Corona, bijna precies een jaar later. Ja, het is een natuurlijke booster en mijn systeem is weer helemaal bij met de nieuwste virusafweer, maar toch een onbehaaglijk soort gevoel van tekort schieten. Ons vak is zo ontzettend rijk aan methodes om de beste versie van jezelf te zijn, qua energie, qua flexibiliteit, qua immuniteit en ga zo maar door. Een immortal worden zit er voor mij niet in, teveel afgeleid door alle dingen in het leven die mijn aandacht vragen maar was dit nu echt nodig? Ik moet zeggen, de vorige periode, bijna een jaar geleden, heeft me de ruimte gegeven om mijn al jarenlange in de pen zittende boek af te schrijven: ‘Met zachte ogen, shiatsu en het innerlijke landschap.’. Dat was zeker een Corona gift: tijd, ruimte, stil vallen en kijken wat er dan echt belangrijk is. Daarom bekruipt me stiekem de vraag of ik misschien toch weer in de ratrace van het harde werken ben beland, meedogenloos doorjakkerend, blik op oneindig. Mijn vak is veel te mooi om niet door te geven en het doet veel mensen goed om shiatsu en acupunctuur te ontvangen. Hoe goed kan ik eigenlijk luisteren en voelen naar wat ik zelf echt nodig heb; doe ik wat belangrijk is voor mijn ontwikkeling en leven? Ik ben heel praktisch en heb de neiging te doen wat er voor handen ligt en moet gebeuren, maar draai ik mijn lesje af zonder te luisteren naar mijn eigenste poort van leven en bestemming: de ming men??. Hoe dichtbij kan ik daar eigenlijk komen en is er genoeg tijd en ruimte daarop af te stemmen en op koers te (blijven) varen?

Blij als ik vorig jaar was mijn werkzaamheden weer op te pakken is er niets meer geschreven, alsof het in één keer op was. Zou de boodschap van Corona zijn dat er nu een vervolg moet komen? Er is een appendix bij het Zachte Ogen boek in de maak, met prachtige foto’s van meridiaan technieken, mooi gerubriceerd en heel inspirerend, maar die heeft weinig tekst, was eigenlijk net af en is al uit mijn handen in handen van de ontwerpster. Binnenkort verkrijgbaar!

Nee de gift van deze keer was het lezen van de 4-delige vertaling van de klassieker ” De droom van de Rode Kamer” van Cao Queqi (1715-1763). Een 2000 bladzijden ( bijna uit!) tellende kroniek van de lotgevallen van een welgestelde Chinese familie in de 18de eeuw, met als thema: ‘Als schijn de waarheid speelt, wordt waarheid schijn. Als zijn niet-zijn verbeeldt, blijkt zijn niet-zijn te zijn.’ Ik was er al aan begonnen maar de laatste week heeft het me op de been gehouden. De prachtige beschrijvingen van alle pracht en praal waarmee de familie zich omringt, de aandacht voor rituelen, de poëzie, maar ook de intriges, roddel en achterklap. De artsen die regelmatig worden opgevoerd zijn meesters in het beschrijven van de pols die uitgestoken wordt door het gordijn, met veel aandacht ook voor de psychische gesteldheid en emoties. De kruiden worden beschreven en de voedsel bereidingen. Alles waarover wij leren wordt hier in praktijk gebracht. De zelfzorg wordt met name betracht door de bediendes die moeten zorgen dat er voldoende gerust, gegeten en aangekleed wordt. Een juweeltje waar door 3 vertalers bijna 10 jaar aan is gewerkt. Het is net als in Genji een hele toer om alle familie verbanden in de gaten te houden dus moet het waarschijnlijk herlezen, als favoriete klassieker in China schijnt het in elke levensfase weer andere inzichten op te leveren. Als ik zo het thema zie, lijkt er wel enig verband met het toon van dit stuk.

Veel vragen en veel te veel tijd in isolatie om er lekker warrig met koortsflarden over na te denken. Ook zo’n ding, hoe belangrijk het voor me is mensen te zien & dichtbij te zijn, aan te raken. Vandaag is mijn laatste dag verplichte quarantaine, ik lees vandaag de laatste hoofdstukken uit over Bao Yu en heb dan zin in een terras met wijn en dansen.

20 maart 2022

 

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *